Hoeveel spaargeld is normaal voor een 16-jarige?

Hoeveel spaargeld is normaal voor een 16-jarige?

hoe kijk je naar spaargeld als je 16 bent?

Als je 16 bent, is het logisch dat je je afvraagt hoeveel spaargeld "normaal" is. Je vrienden vertellen misschien trots hoeveel ze hebben gespaard, of juist dat ze alles meteen uitgeven. Toch bestaat er geen vast bedrag dat iedereen op die leeftijd zou moeten hebben. Wel zijn er handige richtlijnen waarmee je kunt bekijken of jij goed op weg bent.

factoren die bepalen hoeveel je kunt sparen

inkomen uit bijbaan of zakgeld

Niet iedereen heeft dezelfde mogelijkheden om geld te verdienen. De een werkt elk weekend in de supermarkt, de ander krijgt alleen zakgeld of kan (nog) niet werken. Hoe meer en hoe regelmatiger je inkomen, hoe makkelijker je kunt sparen. Kijk daarom eerst eerlijk naar jouw situatie: wat komt er iedere maand ongeveer binnen?

uitgaven die je zelf moet betalen

Ook aan de kostenkant verschilt veel. Sommige ouders betalen telefoonabonnement, sport en kleding, anderen verwachten dat je een deel zelf betaalt. Moet jij je eigen scooter, rijlessen of kleding bekostigen, dan blijft er minder over om opzij te zetten. Dat maakt jouw spaarsaldo niet slechter, het betekent alleen dat je geld andere doelen heeft.

wonen, gezinssituatie en gezondheid

Misschien woont jouw gezin klein, ruim, of is er juist minder geld beschikbaar door schulden of ziekte. Dit heeft allemaal invloed op hoeveel ouders kunnen bijspringen. Het is belangrijk om je spaargeld niet te vergelijken met iemand die in een totaal andere situatie zit. Jouw omstandigheden bepalen wat realistisch is, en daar is niets mis mee.

handige richtlijnen om jezelf te testen

percentage in plaats van vast bedrag

Een eerlijke manier om te kijken of je goed bezig bent, is door naar een percentage te kijken in plaats van naar een vast bedrag. Als vuistregel kun je proberen om tussen de 10 en 30 procent van je inkomsten te sparen. Verdien je bijvoorbeeld 100 euro per maand, dan is 10 tot 30 euro sparen al een heel mooie stap.

korte en lange termijn doelen

Denk na over twee soorten doelen. Op korte termijn kun je bijvoorbeeld sparen voor een nieuwe telefoon, game of festival. Op lange termijn zijn er grotere dingen, zoals je rijbewijs, een eerste scooter of uiteindelijk een studie. Als je zelfs met een klein bedrag elke maand een beetje in beide potjes stopt, bouw je rustig een buffer op.

noodpotje voor onverwachte kosten

Naast je doelen is een klein noodpotje handig. Denk aan geld voor een kapotte telefoon, nieuwe koptelefoon of onverwachte reiskosten. Als je streeft naar een bedrag ter hoogte van één of twee maanden aan inkomsten als noodbuffer, ben je beter voorbereid op verrassingen. Ook hier gaat het om rustig opbouwen, niet om meteen grote bedragen.

hoe je nu een realistisch plan maakt

begin klein en blijf consequent

Het belangrijkste is niet hoeveel je op dit moment hebt, maar hoe je met je geld omgaat. Zet een vast moment in de maand waarop je een deel van je inkomen naar je spaarrekening overmaakt. Ook al is het maar een paar euro, regelmaat zorgt ervoor dat je spaargeld langzaam maar zeker groeit.

praten met ouders of verzorgers

Bespreek je plannen met je ouders of verzorgers. Zij kunnen vertellen hoe zij met geld omgaan, welke kosten er in de toekomst aankomen en hoe je je daarop kunt voorbereiden. Soms kunnen ze helpen door een deel mee te betalen of met je mee te denken over een bijbaan of extra spaardoel.

jouw bedrag is persoonlijk

Of je nu 50, 500 of 1500 euro hebt gespaard: het is jouw startpunt. Belangrijk is dat je eerlijk kijkt naar je inkomsten, je uitgaven en je doelen. Als je daar een rustig en haalbaar plan bij maakt, ben je financieel veel volwassener bezig dan je misschien denkt, ongeacht het bedrag op je spaarrekening.